Brochure Landschapsmodelbouw
0. Inleiding
Spoorwegmodelbouw is een fascinerende hobby, die na de tweede wereldoorlog een grote vlucht heeft genomen, in de VS, UK en in West Europa, m.n. in D, CH, A en NL. Eerst gaat het vooral om de treinen, van vloerkleed naar een vaste baan. Dan gaat het om de rijlengte en (grote) emplacementen, maar later wordt ook de omgeving van de trein op de vaste baan van belang, het landschap en de bebouwing.
Faller is een van de eerste merken die (om te beginnen kartonnen) huisjes aanbiedt en de eerste landschapsbouw materialen in de markt zet. Landschap- / gras matten, zaagsel als strooimateriaal en ‘pijpenrager’ sparren, zijn de eerste algemeen gebruikte spullen om de spoor ‘model’ omgeving wat vorm te geven. Onder invloed van modelbaan tijdschriften zoals Miniatuurbanen (NL) en vooral MIBA(D), wordt vanaf medio zestiger jaren, het belang van het landschap als drager van de modelbaan verder gestimuleerd. Er worden in de modelbaan pers voorbeelden gegeven voor het bouwen van landschappelijk meer modelgetrouwe treinbanen. Het aanbod van materialen voor landschapsbouw vanuit de modelbaan industrie volgt langzaam maar zeker deze trend in de jaren zeventig.
In de praktijk blijkt nog steeds, met name in Duitsland en ook in Nederland, dat de ‘overladen’ treinbaan; veel sporen, grote emplacementen, etc. de voorkeur heeft; vaak nog ‘gevangen’ in het (uitgestrekte)ovaal, rechthoek als vorm/ ontwerp van de baan. In Engeland en de VS zien we in die tijd de eerste echt landschappelijk goed vorm gegeven ‘lay outs’ verschijnen. Een echt of verzonnen landschap is de drager van de modelbaan; het sporenplan is meer beperkt, men probeert los te komen van het knellende ovaal als baan ontwerp. In Duitsland heeft Rolf Ertmer als pionier veel betekent voor het ‘nieuwe’ modelspoor ontwerpen, bijvoorbeeld met zijn REPA Bahn 1, een echte modelbaan in HO naar het voorbeeld van Altenbeken en omgeving, waarbij landschap en bebouwing op zijn minst een gelijkwaardige rol spelen met de modeltreinen.
Hoewel er uiteraard niets mis is met mensen die plezier hebben met hun treinenhobby met veel treinen, vol gebouwde emplacementen en een beperkt landschap, wordt de trend vanaf eind zeventiger jaren, het bouwen van een modelbaan als onderdeel van het landschap.
De baanontwerpen worden daaraan aangepast en betere materialen voor het landschap verschijnen op de markt, vooral onder invloed van de VS en UK ontwikkelingen
(b.v. Woodlands Scenics, Green Scene).
In deze trend zijn individuele leden van de huidige ‘Lahntalbahn Modelspoor Vereniging’ (LMV), vanaf de jaren zeventig bezig om vorm te geven aan landschapsmodelbouw als basis voor de spoorwegmodelbouw. De oprichting van de Voorschotense VMV in 1993, met de start van de bouw van de N-Lahntalbahn en de verzelfstandiging van de Lahntalgroep in 2005 tot LMV, zijn even zovele stappen op de weg om de gedetailleerde landschapsbouw verder te ontwikkelen. De vele show optredens van de LMV op beurzen in binnen- en buitenland hebben veel positieve commentaren opgeleverd, nog verder versterkt door de uitgebreide (zeer) positieve rapportages in de (inter)nationale modelspoor pers (o.a. Rail Magazine, N-Bahn Magazin, MIBA, Modelleisenbahner).
De bouw – met voor nog vele jaren werk! – aan de grote LMV module baan, biedt, in vergelijking tot een modelbaan thuis, bijna ‘oneindige’ mogelijkheden om nieuwe methoden en technieken in de praktijk uit te proberen en toe te passen op een hoog kwaliteit nivo. Voor nieuwe leden – ervaren of onervaren- is daarom altijd plaats bij de LMV om gezamenlijk de doelstelling van zeer hoogwaardige N- modelspoor bouw te realiseren.
Hieronder vind U onze LMV voorstellen en ideeën voor methoden en technieken om de fascinerende hobby van de spoorwegmodelbouw door landschapsmodelbouw nog beter vorm te geven.
Copyright © 2001-113 Fred Baerselman All rights Reserved.