Personen vervoer

Locomotieven voor personenvervoer.

Treinen die passen in het Lahntal, tijdperk 3b-4a van beschikbare modellen in schaal N

  • TEE       : Trans Europa Expres, hoogwaardige snelle internationale (diesel)treinstellen. Deze zijn relatief kort en hebben absolute voorrang. Klinkende namen zoals:
    Helvetia, Rhein-gold, Etoile du Nord, etc.

    • Modelvoorbeeld: VT 08, VT 11.5 / 601, RAm 500/ DE 1000.

 

  • FD/S     : Fernschnellzug, FD-zug, snelle (internationale) lange afstandstreinen. Dit zijn korte tot zeer  lange treinen, mooie namen: Blauer Enzian, Oriëntexpres, Westlander, Rheinblitz, etc.
    • Modelvoorbeeld:
      • stoomtractie ; 01, 015, 03, 05, 010, 011/12, 184, soms 23, 39, 41
      • dieseltractie  ; V200/220/221, 210/217/218, (119/129), V300/230.
      • treinstellen   ; VT 136-139 (Fliegender Hamburger,etc.), VT 06, VT 08.
      • rijtuigen
        • vele (combinaties van) typen mogelijk, o.a. Gr.28, 35/36/39 (Leichtstahl, Schürzenwagen), Silberlingen, Mitte-Einstieg.
        • Tegen tijdperk 4 steeds meer vervangen door “moderne” standaard (26,4m.) Aüm, Büm, etc.
        • Post- en bagagewagons van oudere typen gaan echter nog lang in tijdperk 4 mee; in internationale treinen is het beeld nog bonter en verschijnen aan het eind van tijdperk 4a de eerste (oranje) Eurofima wagons. DB rijtuigen variëren tot ver in tijdperk 4 in kleurstelling. Van het “oude” groen/blauw/rood via “POP” e.a. experimenten naar steeds vaker Oceanblau-beige. FD-treinen, bevatten standaard bagage- en restauratierijtuig(en) en vaak ook post- en slaapwagons.
        • Bijzonder zijn o.a. Blauer Enzian (ex Henschel-Wegmann), Pullman/Mitropa treinen
        • D/S, D-zug, Schnellzug; sneltreinen voor korte tot middellange afstand. Deze stopt wat vaker dan TEE en FD treinen en zijn zeer variabel in lengte.
    • Modelvoorbeeld:
      • stoomtractie; (zie FD) + 23, 38, 41, 78
      • dieseltractie ; (zie FD) + 215/216, soms V100/211/212
      • treinstellen   ; 614 (624, niet in model verkrijgbaar)
      • rijtuigen
        • als bij FD, vele (combinaties van) typen mogelijk, meestal wat ouder en bonter dan bij FD. Altijd bagage- en meestal standaard restauratiewagon of bar/buffet wagon, vaak ook met postwagon.

 

  •        : Eilzug, soort sneltrein die tussen S en P treinen zit, vooral voor de kortere afstand. Stopt vaak maar nog niet overal. Dit zijn meestal vrij korte treinen.
    • Modelvoorbeeld:
      • stoomtractie; (01, 03, 011/012 soms) 2338, 39, 41, 50, 65, 66, 78, 82
      • dieseltractie ; (200/221 soms) V80, V100/211/212, V160/215/216
      • treinstellen  ; (ETA) 315/515, 517/817, (VT) 614
      • rijtuigen      ;
        • als bij FD, vele (combinaties van) typen mogelijk
        • met name GR 35 Eilzug, GR 25 Hechte en vooral Umbau 4- en 3 assers,
        • later steeds meer vervangen door Silberlinge. Soms een bar/buffet wagon, meestal een bagagewagon.

 

  • P (N)     : Personenzug, Nahverkehrszug, stoptrein voor de kortere afstanden. Stopt bijna overal, variabel in lengte, zeer kort (1 wagon/bus) komt vaak voor. Soms met bagagewagon, soms met enkele goederenwagons op sleep (P+Ng).
    • Modelvoorbeeld:
      • stoomtractie; 23, 24,  38, 39, 41, 50, 64, 65, 66, 71, 74, 75, 78, 82,  86, 91, 93, 94,
      • dieseltractie ; V36, V60/261, V65/265, V80, V100/211/212, V160/215/216
      • treinstellen   ; (zie E-zug) + ETA 178, VT 95/795, VT 98/798
      • rijtuigen        ; (zie E-zug) + “Donnerbüchse” en een enkel oud coupé rijtuig. Vaak een bagagewagon, soms enkele goederenwagons.

 

  • S        : Sonderzug, speciale personentreinen; dit kan van alles zijn, van toeristische-/vakantietreinen, b.v. Gläserne Zug, Touropa, via pelgrims / bedevaartstreinen (veel in het Lahntal!!) tot allerlei museumtreinen, b.v. Nostalgie-Oriëntexpres tot aan de historische boemel met een T3.